Nieuws

Natuur en kringlooplandbouw gaan prima samen

Gepubliceerd op
7 januari 2020

Koeien & Kansen-deelnemer Marinus de Vries neemt al jaren actief deel aan agrarisch natuurbeheer. Hij is een enthousiaste deelnemer die laat zien dat agrarisch natuurbeheer prima past binnen zijn bedrijfsvoering, Hij weet bovendien goede resultaten in zijn KringloopWijzer te boeken.

VOF de Vries in Stolwijk huurt een gedeelte natuurgrond en daarnaast past hij ook vrijwillig natuurbeheer toe. Van zijn totale grasareaal kent 20 procent een invulling met een beheersregime.  Dit betreft uitgesteld maaibeheer tot randenbeheer.

Natuurgras is waardevol

Het gras dat De Vries oogst van deze percelen is volgens hem erg waardevol. Een groot deel van dit gras krijgt op zijn bedrijf een bestemming in de vorm van hooi. Dit hooi geeft heeft hij aan de melkkoeien indien het rantsoen erom vraagt. Het merendeel van dit hooi is vooral bestemd voor de droge koeien en het drachtige jongvee. Deze diergroepen krijgen dan een verschraald rantsoen met weinig energie en eiwit. Dit een gunstig effect op de uiteindelijke benutting. 

Aandacht voor niet-melkgevende dieren 

De meerwaarde hiervan wordt onder andere zichtbaar in de eindresultaten binnen de KringloopWijzer.  Dit veenweidebedrijf van De Vries laat een prima resultaat zien voor de benutting van het gevoerde eiwit en fosfaat. De benutting voor stikstof komt uit op ruim 28% en fosfaat ligt op 42%. In combinatie met beweiding is dit voor een veenweidebedrijf zeker goed.  De Vries is hier dan ook content mee.

Ondanks intensiteit van 19.000 kg melk per hectare (inclusief natuurgrond) behalen zij 64% eiwit van eigen land. Om tot een laag ruw eiwitgehalte in het totale rantsoen te komen ligt de sleutel op veel bedrijven bij het niet-melkgevende vee. Het melkgevende vee krijgt alle aandacht in de berekeningen, echter het lek zit nogal eens bij het oudere jongvee en de droge koeien. Hier valt in veel gevallen nog wat winst te boeken. Het actief inpassen van natuurbeheer binnen een gangbare bedrijfsvoering kan leiden tot positieve effecten binnen een melkveebedrijf.