Nieuws

Past advies stikstofbemesting bij huidige kunstmestprijs?

Gepubliceerd op
18 februari 2022

De kunstmestprijzen zijn het afgelopen half jaar sterk gestegen. Stikstof kost nu zo’n drie keer meer dan een jaar geleden. Het (eiwitrijke) krachtvoer is echter ook een stuk duurder geworden. De vraag is of dit consequenties heeft voor de optimale stikstofgift op grasland.

Marginale opbrengst

Het landbouwkundig optimale stikstofadvies is gebaseerd op een marginale opbrengst van 7,5 kg ds/kg stikstof. Dat houdt in dat de laatste kg stikstof die gegeven wordt minimaal 7,5 kg ds gras dient op te leveren.

Als we rekenen met € 63,80 per 100 KAS en een voederwaardeprijs van 21,8 ct/KVEM en een DVE toeslag van 104,1 ct/kg DVE zou de marginale opbrengst ongeveer 8,7 kg ds /kg stikstof zijn. De optimale stikstofgift is dan 4% lager dan de adviezen in de adviesbasis. Dit is een zeer beperkt effect. Dit komt omdat dan nog steeds dichtbij de landbouwkundig optimale gift bemest wordt. In dit traject van bemesting verandert het marginale N-effect nog maar weinig.

Gebruiksnormen vaak meer beperkend

Binnen de mestwetgeving hebben we te maken met gebruiksnormen, hierdoor is de toegestane stikstofgift in veel gevallen lager dan het landbouwkundige stikstofadvies. De stikstofgebruiksnorm op zandgrond met een NLV van 140 is 74% van het landbouwkundig advies bij weiden en 82% bij volledig maaien. De gebruiksnorm op zand- en lössgrond is dus meer beperkend.

Op klei- en op veengrond is de gebruiksnorm in de meeste gevallen niet lager dan het advies dus op deze grondsoorten past het om economische redenen beter om niet meer te bemesten dan 96% van het advies. Praktisch gezien geldt dit 10-15 kg KAS/ha minder bij maaisneden. Bij de weidesneden, waarvoor de adviesgiften een stuk lager liggen, is een korting van 4% eerder een afronding van het advies dan een aanpassing.

Besparen op kunstmestkosten kan wel

De hoge kunstmestprijzen zijn wel een extra stimulans om de verliezen van stikstof binnen het bedrijf zo veel mogelijk te beperken. Houdt daarom bijvoorbeeld voldoende rekening met de stikstofnalevering van ondergewerkte vanggewassen of gescheurd gras en beperk de verliezen bij de aanwending van dierlijke mest door het juiste tijdstip te kiezen, en voldoende draagkracht van de zode en netjes te sleepslangen of zodebemesten (geen mest buiten de sleuf). Hoe meer stikstof er uit deze bronnen benut wordt, hoe minder kunstmeststikstof er bij bemest hoeft te worden.

Bespaar niet op de eerste snede. Kwaliteitsgras is dan van groot belang evenals tijdig zekerheid over de ruwvoervoorraad. Dit bepaalt bijvoorbeeld of u eerder kunt stoppen of verminderen van de bemesting in de tweede helft van het seizoen.

Kies de juiste meststof voor de eerste snede. Meststoffen met een hoog aandeel ammonium zijn minder uitspoelingsgevoelig. Bemest op het juiste moment.

Op bedrijven die weinig tot geen snijmais voeren, past gras met een lager eiwitgehalte. Het is op die bedrijven om die reden ook logisch om wat minder N te bemesten dan het advies.