Nieuws

Methaanemissies in de melkveehouderij in verleden en toekomst

Gepubliceerd op
22 februari 2023

Methaan is een belangrijk broeikasgas bij herkauwers. Bij de productie van melk en vlees vormt methaan ongeveer de helft van de totale emissies in de
productieketen. Verminderen van die emissies kan een bijdrage leveren aan het verkleinen van het broeikasgaseffect. Dat besef is nog versterkt door de nieuwe inzichten over de levensduur van methaan en de gevolgen daarvan voor methaanconcentraties in de atmosfeer.

De belangrijke rol van de melkveehouderij bij de emissie van methaan is aanleiding geweest om te
kijken naar de totale methaanhoeveelheid die in de afgelopen 70 jaar door de Nederlandse
melkveehouderij in de atmosfeer is gebracht, hoe deze kan worden verminderd, en op basis van vrij
globale scenario’s tot welk niveau de totale methaanhoeveelheid in de atmosfeer teruggebracht kan
worden op de lange termijn.

Figuur S.1 laat zien dat de jaarlijkse methaanemissie uit de melkveehouderij een vrij continu stijgende
lijn vertoonde tot circa 1984. Vanaf 1984 vertoont de jaarlijkse methaanemissie een dalende lijn tot
ongeveer 2007. De jaarlijkse emissie neemt daarna weer toe tot 2015 om in de laatste jaren weer af
te nemen. Het broeikasgaseffect wordt niet zozeer door de jaarlijkse emissie bepaald maar door de
hoeveelheid methaan die in de atmosfeer aanwezig is. Methaan breekt na verloop van tijd weer af.
Openbaar Wageningen Livestock Research Rapport 1384 | 7
Door rekening te houden met deze afbraak kan het verloop van de hoeveelheid methaan in de
atmosfeer afkomstig van de melkveehouderij in beeld worden gebracht (figuur S.2).

In de 2e stap van het onderzoek zijn scenario’s met maatregelen om de methaanvorming in de pens
en in de mest te reduceren verkend voor de periode 2023 - 2050. Maatregelen om methaan uit
pensfermentatie te verminderen zijn a) fokken van dieren die minder methaan produceren per kg
opgenomen voer; b)rantsoenaanpassing en -verbetering; en c) toevoegmiddelen om de vorming van
methaan in de pens te verminderen. Maatregelen om methaan uit mest te verminderen zijn allemaal
gebaseerd op stallen met dichte vloeren, een gesloten externe mestopslag en een dagverse
ontmesting van de stal. Dat wordt gecombineerd met maatregelen om methaan in de mest te
verminderen of te verwijderen via koelen, respectievelijk te oxideren of te benutten via vergisten van
mest. Voor alle maatregelen is een bandbreedte gekozen waarbij maatregelen deels en volledig
effectief zijn. Steeds is uitgegaan van een deelname door alle melkveehouders om aan te geven wat in
potentie haalbaar is.

Bij volledige toepassing van maatregelen voor methaanvorming in pens en mest samen kan de
jaarlijkse uitstoot van methaan door melkveehouderij afnemen met 23 tot 54 % in 2050 (Figuur S3).
Als deze lagere emissie na 2050 wordt voortgezet zal de totale hoeveelheid methaan in de atmosfeer
door de Nederlandse melkveehouderij nog verder dalen, als gevolg van de combinatie van een lagere
aanvoer en afbraak van aanwezige methaan. Op de lange termijn kan daardoor de totale
methaanhoeveelheid in de atmosfeer door de Nederlandse melkveehouderij worden teruggebracht
naar niveaus die lager liggen dan die in 1950 (Figuur S4).

Bij volledige toepassing van maatregelen voor methaanvorming in pens en mest samen kan de
jaarlijkse uitstoot van methaan door melkveehouderij afnemen met 23 tot 54 % in 2050 (Figuur S3).
Als deze lagere emissie na 2050 wordt voortgezet zal de totale hoeveelheid methaan in de atmosfeer
door de Nederlandse melkveehouderij nog verder dalen, als gevolg van de combinatie van een lagere
aanvoer en afbraak van aanwezige methaan. Op de lange termijn kan daardoor de totale
methaanhoeveelheid in de atmosfeer door de Nederlandse melkveehouderij worden teruggebracht
naar niveaus die lager liggen dan die in 1950 (Figuur S4).

Er ligt dus een grote potentie om de broeikasgasemissies in de melkveehouderij te verminderen bij
een goede uitvoering van de maatregelen en een grote mate van deelname. Waar in het verleden de
verbetering van de productiviteit en de verteerbaarheid van het voer de belangrijkste factoren waren
die de methaanemissie deden dalen, zijn de maatregelen voor de toekomst vooral gericht op het
beïnvloeden van de processen bij de vertering van het voer in het dier en op de processen bij de
afbraak van mest in de stal en opslag. Daarbij dient niet alleen rekening te worden gehouden met
methaan, maar ook met andere duurzaamheidsdoelen.

Bekijk hier het volledige rapport.